Een ander dagelijks leven

Deze blog verandert de komende tijd wat van karakter; al was het alleen maar omdat we even niet meer onderweg zijn. Nou ja, niet letterlijk dan; voor de filosofen onder jullie. Inmiddels hebben we onze eerste volle werkweek bij We women erop zitten. We zijn allebei vol in ons project gedoken alsof we nooit iets anders gedaan hebben. En oh ja, dat is natuurlijk ook zo. En dat gaat dan gepaard met een ritme wat de meesten onder jullie bekend zal voorkomen: wekker, ontbijten, actie, lunchen, nog meer actie, avondeten en dan nog iets doen met de energie die over blijft. Ja, wel even wennen. Maar door de mooie inhoud van ons werk ergens ook weer onvoorstelbaar snel vertrouwd.

Een dagelijks leven dus, maar wel één die in veel - zo niet alles - afwijkt van wat we gewend waren. En zoals we eerder al merkten in Siem Reap in Cambodja, langer blijven geeft ons meer en meer toegang, waardoor we elke dag beter gaan begrijpen hoe het hier werkt. En dus kunnen we jullie nog steeds meenemen langs onze lokale en culturele ervaringen; want er is genoeg om ons over te verwonderen en om te snappen (maar uiteindelijk net weer niet te begrijpen). Soms hilarisch, soms tragisch en soms weten we het nog even niet.  

Het eten is geweldig. Op elke straathoek kunnen we eenvoudig Thais eten voor een schijntje. Het lijkt soms wel of bijna iedereen als bijverdienste eten kookt of verkoopt. Zet er een tafeltje met wat plastic stoeltjes bij en klaar. Woensdag zijn we meegenomen naar de Birmese keuken; fantastisch en in heel Amsterdam niet te vinden. De tealeaf-salad is helemaal de bom. En de geniale banana-pancake-meneer om de hoek mag ook niet onvermeld blijven.

Alles gaat hier met de scooter; wij ook. Hoewel de meeste afstanden per fiets ook goed te doen zijn, maar dan moet je wel de vluchtstrook van de Super Highway op durven. De gemiddelde scooter komt met mandje en is zelfs dan nog overtuigender dan Nederlandse scooterjeugd en grachtenmakelaars. Ook hier geldt: echte mannen rijden een schakelbak.  

De straathonden of Soi Dogs zijn overal. En omdat ze overdag overstemd worden door scooters, overcompenseren ze ’s nachts door te huilen als wolven. Wij vertrouwen op Samson en Daniel - onze eigen Soi Dogs - om de wolven buiten te houden. En krijg dit maar eens uit je hoofd: “You ain’t nothing but a Soi Dog… 

Het afval wordt hier elke dag opgehaald; vooral lege flessen zijn populair. In Chiang Mai nog geen gemeentewerken maar onvervalste lokale handeltjes. Drinkwater krijgen we hier in 20 liter flessen; niet te tillen en al helemaal niet te schenken. De lege flessen zet je - voorzien van waardebon - aan de straat en worden elke vrijdag door de waterboer omgewisseld.

De Thaise zeden zijn wereldberoemd, maar daar merk je in het dagelijks leven weinig van. Totdat we een kleine 200 meter achter ons huis de ‘Loveboat’ ontdekten. Sinds de officiële afschaffing van polygamie in 1935 - wat nog steeds niet vreemd is voor veel Thaise mannen en vrouwen - zijn deze short-stay hotels de plekken waar de Thai met hun scharrels naar toe gaan. En ook de karaoke-bars hebben een andere functie dan we dachten. Dus mam, daar gaan we niet naar toe volgende week.

Nico, de Franse bakker, vonden we al snel via Ursula en Hester. Eens per week bakt hij de meest geweldige broden, croissants en pain-au-chocolat. Als je er zaterdagmorgen op tijd bij bent kan je inkopen; de koffie staat klaar. Nico is een professional, maar catert vooral een social-event. Iets waar de Farang (buitenlanders) misschien nog wel net iets meer behoefte aan hebben dan aan lekker brood.

Nico en andere Farang wonen in een oud Thais dorpje weggestopt in een prachtig hoog bamboebos. De Thai willen hier niet wonen, omdat ze geloven dat er boze geesten in het bos huizen. Zo blijven de prachtige oude Thaise huizen voor een symbolisch bedrag per maand beschikbaar voor Farang.

De afgelopen vijf dagen stond Chiang Mai blauw van de rook, die inmiddels begint op te trekken. Boeren in de omgeving hebben de gewoonte om jaarlijks - en natuurlijk illegaal - de ondergrond plat te branden. Dat loopt dan uit de hand en brand soms weken door. De rook zakt de Chiang Mai vallei in en ligt als een deken over de stad. Genoeg reden voor sommigen om tussen februari en april Chiang Mai te verlaten; onze tijd hier is dus goed getimed. Maar sinds gisteren trekt de rook op en hebben we weer uitzicht op bergen.  

Afspraak is afspraak, maar planning en begintijd is niet echt een issue. En neem maar van ons aan, minder druk en minder verwachtingen went snel. Daar is niets mis mee, vooral als je weet dat het uiteindelijk - linksom of rechtsom - goed komt. Willen jullie ons een plezier doen en dit alvast een beetje gaan ‘uitrollen’ in het Nederlandse dagelijks leven?

Zondagsmarkt in Chiang Mai (zie ook fotoboek)
Tot slot nog een tip. Gisteravond waren we op de openingsavond van het ‘Chiang Mai Documentary Arts Festival’ en zagen de geniale documentaire ‘Who Killed Chea Vichea?’. Een absolute aanrader die vlijmscherp inzicht geeft in de huidige politieke situatie in Cambodja. Niet te missen voor iedereen die is geweest of van plan is om te gaan. 

Huisje, boompje, beestje

Chiang Mai wordt ook wel de culturele hoofdstad van Thailand genoemd. Maar voor het eerst tijdens deze reis moeten we bekennen dat we hier al een week zijn zonder al te veel van de omgeving in ons op te nemen. Lui geworden? Integendeel! Vanaf eind vorige week zijn we begonnen met onze vrijwillige activiteiten voor We women, hier gevestigd in de stad. Aan het werk dus! Wekker, agenda’s, projecten, nu ook weer hier bij ons.

We women richt zich op Birmese vrouwen - gevlucht naar Thailand - die de dromen, doelen en talenten hebben die ze tot toekomstige leiders van Birma maken: “Birma gaat al bijna een halve eeuw gebukt onder een militaire dictatuur met als gevolg chronische economische, sociale en politieke crisis. De We wonen foundation coördineert samen met lokale partners een “leadership academy” voor niet erkende vrouwelijke vluchtelingen in het aangrenzende Thailand. Veel vrouwen willen op een hoger niveau meestrijden voor de mensenrechten in Birma maar worden door hun status en traditionele rol als vrouw daarin beperkt. De We wonen foundation wil hen een kans geven om meer invloed uit te oefenen op het beleid en de toekomst van hun land. Een universitaire studie, stages en trainingen bereiden hen voor op het bekleden van beleidsposities (We women website)".

Ursula en haar team zijn nu een kleine twee jaar bezig en doen fantastisch werk. Maar wat betekent dat voor ons? Om te beginnen dat we mogen samenwerken met zes tot acht enorm gemotiveerde en leuke mensen. En - dat mag ook gezegd - na vijf maanden reizen, ervaren en absorberen voegen we onszelf daar graag aan toe. Ook wij zijn afgetopt met veel zin, energie en allerlei ideeën. Sanders bijdrage richt zich op het opzetten van een ‘coaching framework’, bedoeld om de vrouwen te ondersteunen en begeleiden in de verschillende fasen van het programma. Maartje ondersteunt Ursula bij het verder verzelfstandigen en professionaliseren van het pre-uni programma.

En nog veel meer relevants, zoals voetballen met andere vrijwilligers - of wie dan ook inloopt - aankomende vrijdag na het werk. Of de geweldige lokale lunches die de Hollandse kantine met natuurlijk oneerlijk gemak overstijgen.

Een andere - toch wel serieuze verandering van levensstijl - is dat we voor de komende twee maanden een huis gevonden hebben. Via via zijn we in contact gekomen met James, een freelance fotograaf, die vanwege een fotoproject een tijdje zijn huis achterlaat. En zo gaan we van twee rugzakken naar drie verdiepingen, een paar terrassen, logeer- en studeerkamer, twee honden (Daniel en Samson), een boom, twee fietsen en een scooter. Wow, een echt huis! Wat een ruimte na alle compacte units waar we de afgelopen maanden in geslapen hebben. En hoewel afgebladderd en van buiten ogenschijnlijk in serieuze staat van ontbinding - gelukkig is het geen regenseizoen - is het huis van binnen helemaal onze plek. Al was het alleen maar om de prachtige houten vloeren en trappen en het terras met uitzicht op de ondergaande zon achter de bergen.

Wel een bizarre overgang, maar - je leest het al - voor nu even helemaal goed. Onze tassen zijn uitgepakt en uit zicht, de kasten ingeruimd en de foto’s hangen al bijna aan de muur. Tijd om te proeven en te genieten van wat meer huiselijkheid en dagelijks leven. Voor het eerst samenwonen, jawel! Hoewel heel anders dan thuis, in een expat-bestaan omgeven door NGO-workers en andere sociale ondernemers. Een omgeving - met mensen en mogelijkheden - die het nu al erg fijn maken om hier even te mogen zijn. Ook dit dagelijks leven bestaat.

En dus dit keer geen reisfoto’s en mooie plaatjes in ons album. Maar voor de liefhebbers wel een kleine fotorondleiding door ons tijdelijke huis en plaatjes van onze medebewoners. En mocht je ons (post)adres willen weten, mail ons dan even.

Terras met uitzicht (zie ook fotoboek)

Ecologisch verantwoord?

Daar zijn we dan: Chiang Mai, ons thuis voor de komende twee maanden. Na vijf maanden onderweg gaan we hier wat tijd nemen om weer eens een beetje wortel te schieten. Morgen ontmoeten we Ursula van We Women en begint onze zoektocht naar een tijdelijk huis of appartement. De eerste twee opties hebben zich al spontaan aangediend - dus wie weet volgende week een primeur en prachtige fotoshoot van onze stek, hier op deze blog. En als je ergens in de komende twee maanden er even tussenuit wilt, weet je dan bijzonder welkom in Chiang Mai!

In een paar dagen zijn we van Zuid-Cambodja naar Noord-Thailand gereisd. Het laatste stuk is een lange rechte streep in de trein. Maar in de hele reis variatie genoeg, inclusief een paar hobbeltjes. Vliegen proberen we nog steeds te mijden; onze eco-voetafdruk is inmiddels groot genoeg. Dat maakte de reis wel een stuk afwisselender en op z’n minst uitdagender. Naast de benenwagen hebben we de afgelopen dagen zeker tien verschillende vervoermiddelen gebruikt: moto, boot, vlot, mountainbike, bus, mini-bus, tuktuk, pick-up, taxi en trein. De pick-up was toch wel het spannendst. Stel je voor dat je met ongeveer 10 mensen in een omgebouwde kleine laadbak wordt geladen; dat is inclusief bagage en allerhande zakken voedsel voor de markt. Ja, er zijn bankjes geïmproviseerd, en je hebt ook nog een afdakje boven je hoofd. Dus tegen alle verwachtingen in is het nog redelijk comfortabel. En natuurlijk heb je arko, of liever gezegd aio (alles is open). Maar dat alles wel met 90 of 100 km/u. En dan staan er op de treeplank ook nog twee ‘semi-nonchie’ passagiers (die de telefoon nog opnemen ook). Maar het blijft verder prima openbaar vervoer, inclusief een bordje 'no-smoking, 5000 baht (135 euro) boete’ en een werkende stopknop achterin. De haltes mag je er vrij bij interpreteren. Natuurlijk is het alleen maar fijn als de chauffeur stopt waar en wanneer jij wilt.

De hobbeltjes? Na de grensovergang naar Thailand vonden we met vrij veel moeite vervoer naar het eerstvolgende stadje. Daar ligt nog een enorm gat in de markt. Verder nog wat OV-vertraging onderweg, waardoor we niet om half negen maar om twee uur ’s nachts aankwamen op Chiang Mai CS. Maar dat werd op voorhand ruimschoots goed gemaakt door de treinstewardess die ons de hele dag door eten kwam brengen. En dan nog een fysieke hobbel voor Maartje, waardoor we de reis een dag hebben moeten onderbreken om in de buurt van een wc te zijn. Was ons bezoek aan de jungle 100% ecologisch verantwoord? In dat opzicht dan misschien toch niet helemaal…

Cambodjaanse jungle? Ja, en hoe! Naast een ander bos in Laos is het gebied rond de Cardamom bergen het enige overgebleven oerbos in Azië. Het is een onbedoeld positieve uitwerking van het rode Khmer regime - en de daarop volgende malaise - waardoor niemand tijd en gelegenheid heeft gehad om de economische bijl in dit bos te zetten. En gelukkig zijn er de laatste jaren een aantal eco-toerisme-initiatieven van de grond gekomen. Met succes, waardoor er zelfs recent een besluit tot exploitatie van een zinkmijn is teruggedraaid om het bos te behouden. Een ander initiatief - waar Esther en Paul ons in Siem Reap over vertelden - is een eco-village in de jungle: Chi Phat. De dorpsbewoners proberen nu van het ecotoerisme te leven, in plaats van de stroperij en illegale houtkap. Een uitstekend idee om Chi Phat te bezoeken en zo kleine steentjes bij te dragen. De effecten zijn er: in stukken van Zuid-Thailand en Zuid-Cambodja begint het ecotoerisme het sextoerisme volledig te verdrijven.

Maar wat een jungle. Er leven nog wilde olifanten, luipaarden, gibbons, allerhande inheemse vogels en niet te vergeten bloedzuigers. Maartje was de klos. Ongerepte natuur dus, wat we hebben verkend op de mountain - of liever gezegd - junglebike. Een mooie gegidste en uitdagende tocht in vochtige hitte, compleet met verfrissende duik onder een waterval. Slapen in Chi Phat kan in homestays en kleine guesthouses in het dorp en er is een eco-lodge. Wij hebben onze nachten verdeeld over de opties en sloten af met ons eigen bamboehuis met palmbladeren dak. En dat alles inclusief huiskat, uitzicht op de rivier en hangpotten met reuze-orchideeën. Zin gekregen? Wel scharrelt er 's nachts van alles rond, in en over het huis. Muurkikkers met plakvoeten, andere spinnen dan thuis, en nog wat grotere organismen op het dak. Onze padvinder blijft daar wel relaxed onder, maar natuurmens Maartje slaapt toch iets lichter. Absoluut ecologisch verantwoord - mooi en aan te raden - deze finale van Cambodja.

Junglebiking (zie fotoalbum)