Klimaatverandering

Nu we in noordelijke richting reizen voelen we het klimaat letterlijk veranderen. Van het koele en behaaglijke voorjaar in Mendoza belanden we vrij snel in een (nog) drogere en warmere streek. In San Agustin heeft het sinds februari (!) niet meer geregend. Ondertussen loopt de teller in dit vroege voorjaar al snel op naar 35 graden in de schaduw. In Ischigualasto - de beroemde en prachtige dinosaurusvindplaats bij San Agustin - is 55 graden in de zomer trouwens geen uitzondering. San Agustin ligt aan een stuwmeer(tje). Het is al snel duidelijk dat het dorp zonder die watervoorraad direct haar deuren kan sluiten. Iets vergelijkbaars geldt voor de wijnstreek van Mendoza. De akkers zijn gebouwd op droge woestijngronden. De op zichzelf vruchtbare grond wordt geïrrigeerd via slimme kanalen die smeltwater verzamelen uit de hoge Andes. Maar deze winter is er weinig tot geen sneeuw gevallen. Het gevolg laat zich raden: de Mendoza-rivier staat nu al nagenoeg droog. Ondanks het gebrek aan regen zijn er soms wel stevige hagelstormen, waarbij de auto’s naar binnen moeten om schade te voorkomen. Die hagelstormen komen volgens de statistieken aanzienlijk vaker voor dan tien jaar geleden. En ook dat heeft natuurlijk gevolgen voor de wijnproductie.

Voor ons lijkt de realiteit van opkomende klimaatveranderingen in dit deel van de wereld stukken beter voelbaar dan thuis. Niet dat de Argentijnen zich daar erg druk over maken; een brede onderklasse van Argentijnen (1/3 van de bevolking) heeft andere dagelijkse zorgen. Ondanks de stevige economische groei voelen zij nog steeds de gevolgen van de enorme inflatie van 10 jaar geleden. En hoewel Christina Fernandéz, de huidige president, een zachtere lijn trekt dan haar voorgangers, is het nog maar helemaal de vraag of zij wordt herkozen later dit jaar. Haar goed bedoelde maatregelen pakken steeds net niet goed uit, met verder stijgende tekorten en prijzen tot gevolg. En de wereldwijde crisis en de grote droogte hier helpen zeker ook niet. Een verkoopster in een spelletjeswinkel praat ons in een half uurtje bevlogen bij over haar politieke ideeën. Ook na lezing (even checken of we het met ons matige tegenwoordige tijd Spaans voldoende hadden begrepen) blijkt dat steeds meer mensen in de onderklasse de stijgende huren niet meer kunnen betalen. De sloppen groeien en het platteland verschraald. En ook al hebben de sloppen van Buenos Aires 100 keer de tango voortgebracht, daar is weinig aan te verromantiseren.

Terug naar het klimaat. Het ligt - zoals we uit de boeken al wisten - veel meer voor de hand dat veranderingen beginnen in Europa en de VS. Om onze welvaart, en omdat het energieverbruik per hoofd in Argentinië toch al ruim 2 ½ keer lager ligt dan in Nederland. En dus kijken we de Argentijnse politici er maar niet op aan. Maar zeker is dat klimaatveranderingen hier - vanwege de armoede en de grote afhankelijkheid van landbouw - aanzienlijk sneller dan bij ons gevolgen voor mensen zullen hebben.

Ondertussen hebben wij dit jaar natuurlijk een enorme lading boter op ons hoofd. Hoe we daar mee omgaan laten we nog weten. Het tijdelijk niet gebruiken van een elektrische tandenborstel zal in elk geval niet voldoende zoden aan de dijk zetten…

Door het warme weer schakelen wij inmiddels om naar het houden van siësta. Voorlopig betekent dat slapen, lezen of bloggen, maar siësta-suggesties zijn zeker welkom ;-) Vandaag voor jullie in elk geval deze blog vanuit La Rioja.

Gezelschap bij de siësta!

Primavera op 33 graden zuiderbreedte

Op 21 september begon hier de lente! Een dag om te vieren, en die worden hier aangegrepen. In Uspallata werd ons duidelijk gemaakt dat het ‘dia des estudiantes’ was, de dag van de studenten. Zij vieren dat ze bijna examen gaan doen en dan naar de universiteit mogen. En ook direct dag van de bloemen, en vast nog meer… Voor ons vooral de tijd om langzaam overweldigd te worden door de ruimte en de omvang van onze reis. Een reis die na een lange avond (en twee uitstekende flessen lokale Malbec van een bodega op 33 graden zuiderbreedte) alweer een stuk beter te overzien was overigens…

Veel lijkt hier nog steeds hetzelfde als in Europa, maar het is en werkt toch echt anders. Of het nu de seizoenen zijn, het voorjaar, de zon die ’s middags in het noorden staat, of de taal. Zo maakt het vakantiegevoel langzaam plaats voor ‘onderzoekswerk’. Hoewel de taal dat onderzoek en het verzamelen van informatie wat minder gemakkelijk maakt. Maar de basiszinnen beginnen te komen, en met gebaren en vooral veel lachen kom je ook een heel eind. De Argentijnen lijken vrij gereserveerd, maar volgens onze Belgs pratende Argentijnse gastvrouw in de posada (later meer) kijken de Argentijnen een beetje de kat uit de boom en denken ze: wat doen die hier? Want wat is híer nou te zien of te doen?

Iets over het openbaar vervoer – ja, we hebben ons werk echt al losgelaten hoor – en dan vooral de bussen. Die zijn fantastisch! Sander krijg je in Nederland met geen 10 paarden in een bus, maar hier geen problemen. Vooraf was voor ons niet zo duidelijk of we overal even gemakkelijk zouden kunnen komen, maar de bus brengt je overal. Van het bescheiden Uspallata naar het kleine bergdorpje Puentas del Inca tot in de wijnstreek. Iedereen gebruikt hier de bus, wat het busreizen betaalbaar en effectief maakt. Meestal zijn het dubbeldekkers, waar we boven voorin kunnen zitten. Doorgaande bussen stoppen maar weinig en schieten lekker op, en lokale bussen komen overal en kun je gewoon met hand ophouden staande houden.

We zitten nu in het stadje San Juan, te wachten op een bus die ons vanavond nog naar San Agustin del Valle Fertil gaat brengen. We komen uit de Mendoza-streek, waar we de afgelopen week hebben doorgebracht. Heel gevarieerd: van de hoogste berg in de Andes tot een lieftallige wijnstreek in de buurt van het lager gelegen Mendoza. De bergen trokken toch het meest, we hadden ook echt zin in wat ruige natuur. Dus eerst richting Aconcagua, de hoogste berg buiten de Himalaya (bijna 7000 meter). De gletsjer (die je misschien op de foto kan ontwaren) is al 300 meter dik, om wat gevoel voor verhoudingen te krijgen. Wandelend in de sneeuw, met een gortdroge wind hebben we deze berg bewonderd. (Nee, niet getrotseerd…). En in een vallei halverwege Aconcagua en Mendoza hebben we een paar dagen doorgebracht met paardrijden, fietsen en sterren kijken. En voor Sander wat frisse berglucht voor zijn verkoudheid.

Terug in Mendoza vielen we middenin de Primavera. Tsja, in een stad met studenten in een hostel wat we niet zelf uitgezocht hadden, is de feestdag (en met name de nacht) toch wat minder idyllisch dan aanvankelijk geschetst. Sander was ’s nachts waarnemend nachtportier, met dank aan een local die nog ingewerkt moest worden (sisi). Ook voor het eerst in onze lakenzak geslapen (tussen de nachtelijke gezangen door). En dus, veel geleerd ;-) Voortaan in elk geval niet meer bij aankomst betalen…

Maar dan… Hoe fijn het kan zijn om te landen op een heerlijke plek die mooi is en goed voelt. Midden in de wijnstreek rondom Mendoza hebben we twee nachten op posada Cavieres doorgebracht (check: http://caviereswines.com), opgebouwd en gerund door een Belgisch/Argentijns stel: Hans en Alina. Een goede uitvalsbasis om de wijnstreek te verkennen en wat meer soorten malbec-wijnen te proeven. En ook weer op de fiets. Vanochtend was het niet het allermakkelijkst om weg te komen van dit heerlijke plekje en de gastvrijheid. En toch, na een even warm afscheid als ook onthaal, is het ook weer erg goed om onderweg te zijn.

Malbec is the best! En voor meer omgeving: zie fotoboek!

Beginnen in Buenos Aires

Como estais amigos?! Aqui en Argentina, estamos muy bueno,. De kop is er af! Deze eerste week hebben we gebruikt om in de reismood te komen, en zeker ook om een beetje bij te tanken. Maar wel bijtanken tussen aanhalingstekens. Buenos Aires nodigt uit tot late uurtjes… Wat een levendige, drukke en gevarieerde stad. Elke wijk (barrio) wijkt in bijna alles af van de andere. De eerste nachten was het rustigere en yupperige Palermo onze uitvalsbasis. De laatste nachten hebben we voor de actie en de drukte gekozen in en om San Telmo.

Het voelt allemaal nog niet zo gek ver van huis hier; Buenos Aires is voor Zuid-Amerikaanse begrippen een vrij Europese stad. Maar zeker ook genoeg om ons over te verwonderen. Zoals de sjieke honden-uitlaat-services; een hond hebben is echt een statussymbool in deze stad. Of de soms onvindbare pinautomaten. We moeten hier wel ff leren om anders met geld om te gaan. Dat wil zeggen voortaan ruim voldoende cash op zak hebben. Ook een wonderlijk contrast: de grootse en warme aandacht voor de doden op de begraafplaats van Recoleta, versus het levenloze lichaam wat bijna achteloos achter een lintje op de stoep lag in Palermo.

Hoogtepunten waren de Milonga’s en tango’s met live-muziek (ja ja, de Utrechtse lessen betalen hier uit…), de geweldige steaks en wijnen (Hollandse biefstuk zal nooit meer hetzelfde zijn) en het mensen kijken (wat nooit verveelt in een park of op een terras in de voorjaarszon). En zeker ook het samen tafelend ontdekken waar we nu écht willen beginnen. En zo vonden we het na een week vooral tijd om de stad uit te komen. Want na zes dagen begint Buenos Aires meer en meer op een verkeersriool te lijken. Dat doet verlangen naar frisse lucht en natuur. En bovendien willen we graag zien hoe Argentinië er buiten deze stad uitziet. Vamos!

Net heeft de nachtbus (Cama Ejecutivo) ons (grotendeels slapend) naar Mendoza gebracht; een stad in de wijnstreek in het westen van Argentinië. Maar de wijnbodega’s parkeren we nog voor een paar dagen. Op het busstation van Mendoza zijn we spontaan overgestapt op een lokale bus naar Uspallata; een klein dorpje in de buurt van de hoge Andes. Nu onderweg begint Zuid-Amerika te leven en te kriebelen: de schaal, het landschap, de eindeloze wegen, het vervoer, de mensen. Muy bueno. Liefs en groeten uit Uspallata hostel!

Om later nog eens bij de gedachte te watertanden..

Uitzwaaien

De afgelopen week kwamen we er (eindelijk) aan toe: jullie gedag zeggen! Dichtbij de moeders, vaders en broers, en direct daarachter verdere familie en vrienden. En hoe kunnen we het duidelijker zeggen dan met: dat was heel erg fijn!

In parkcafé buiten hebben we gisteren goed geborreld met naaste vrienden en familie. Een moment waarop weer eens duidelijk werd waarom het zo goed is dat we jullie bij ons hebben. Mooi weer, dus lekker hangen op en rond het terras. Zo waren we aan het eind van de middag van top tot teen geladen met positieve vibes, lieve woorden, fijne kleine kadootjes en mooie adviezen. Het was leuk, fijn en niet al te zwaar. En vooral had het op de juiste momenten een lekker hoog knuffelgehalte…

Wij zijn allebei blij dat we al deze momenten gepakt hebben. Jullie zien was zonder twijfel het meest wezenlijk onderdeel van vertrekken en loslaten. En nu we jullie gezien, gesproken en uitgezwaaid hebben, kunnen we los! Gedag zeggen is blijkbaar goed te rekken, maar nu is het - met alle belangrijke en lieve adviezen in ons achterhoofd - toch echt tijd om gewoon te gaan.

En dus - jullie allemaal - enorm bedankt voor de lieve woorden, telefoontjes, mails, foto’s, kaartjes, sms-jes, en het komen uitzwaaien. We nemen jullie mee, en we zien elkaar weer. Until then: may the wind be in your backs and may the sun shine warm upon your faces.